Een meterslange houtdruk, gepropt in een net iets te kleine museumruimte. Het kunstwerk is zo omvangrijk dat je het niet in één blik kunt vatten. Het dompelt je onder. Je zit mee in het werk en ineens zet je al je zintuigen open, alle vijf.
Het papier heeft een druk van goedkope triplex. Je voelt de schilfers berkenlaminaat onder je hand glijden. Bordkartonnen muren laten alle geluiden uit het appartementsgebouw door. In de verte klinken hiphopbassen (ok, dat is het kunstwerk hiernaast), geroezemoes van de buren, gemixt met wat straatgeluiden bereiken ze de vijfde verdieping. Door de kieren en spleten komen ook luchtjes uit de andere appartementen. De kookwalmen van de buren vermengen zich met de geuren van de stoofschotel die de mannen zelf hebben gegeten, de koffie die nu wordt geschonken en de muffe lucht van zes mannen die samen in een te klein appartementje zitten.
Door alle vijf zintuigen open te zetten, kruipen we echt in het kunstwerk. Alsof we mee in het appartement zitten. Kerry James Marshall wil meer gewone zwarte Amerikanen in z’n kunst tonen. En in dit werk zitten we dankzij onze vijf zintuigen gewoon gezellig mee in het gezelschap van zes.